RN 2014/83
Inkoop aandelen. Behoeft een verplichting tot inkoop van eigen aandelen bij een N.V. een statutaire grondslag?
HR 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1679 (Clay Hill c.s./Unilever)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 juli 2014
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot
- Zaaknummer
13/02740
- Conclusie
A-G mr. L. Timmerman
- Roepnaam
Clay Hill c.s./Unilever
- JCDI
JCDI:ADS918961:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1679, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:421, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑05‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑07‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑05‑2010
- Wetingang
Art. 2:98 BW
Essentie
Kapitaalbescherming. Inkoop aandelen.
Behoeft een verplichting tot inkoop van eigen aandelen bij een N.V. een statutaire grondslag?
Samenvatting
In juni 1999 heeft Unilever ongeveer 211.500.000 cumulatief preferente aandelen met een nominale waarde van ƒ 0,10 en een rekenwaarde van ƒ 14,50 geplaatst. De uitgifte vormde een optioneel alternatief voor een dividend in contanten. Op grond van de statuten kon de raad van bestuur na verloop van vijf jaar na de eerste uitgifte van de cumulatief preferente aandelen besluiten tot de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.