IER 2008, 21
BenGH, 11-02-2008, nr. A 2006/4/9
BenGH 11-02-2008, ECLI:NL:XX:2008:BC6935, m.nt. Ch. Gielen
- Instantie
Benelux-Gerechtshof
- Datum
11 februari 2008
- Magistraten
Mrs. I. Verougstraete, W.J.M. Davids, M.-P. Engel, A. Wantz, C.J.J. van Maanen, C.A. Streefkerk, J. de Codt, E. Gérard en A. Fettweis
- Zaaknummer
A 2006/4/9
- Noot
Ch. Gielen
- LJN
BC6935
- JCDI
JCDI:ADS875808:1
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2008:BC6935, Uitspraak, Benelux-Gerechtshof, 11‑02‑2008
Conclusie, Benelux-Gerechtshof, 05‑06‑2007
- Wetingang
Beneluxverdrag inzake de intellectuele eigendom art. 2.27 lid 4; BMW (oud) art. 13A lid 5
Samenvatting
Op vragen van de Hoge Raad (zie voor het arrest van 27 oktober 2006, NJ 2006, 588, BIE 2007, 260, IER 2007/31, p. 126) wordt door het BenGH als volgt geantwoord. Art. 13A lid 5 BMW (thans art. 2.21 lid 4 BVIE) dient niet aldus te worden uitgelegd dat van ‘gebruik te kwader trouw’ als in die bepaling bedoeld, slechts sprake is in gevallen van piraterij, opgevat als: moedwillige namaak van merkproducten. Van ‘gebruik te kwader trouw’ als bedoeld in art. 13A lid 5 BMW is slechts sprake in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.