V-N Vandaag 2012/1000
De A-G adviseert prejudiciële vragen te stellen over btw-vrijstelling bij icv van tandprothesen
HR 18-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2667
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 september 2015
- Zaaknummer
11/05307
- LJN
BW0972
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Omzetbelasting / Intracommunautaire transactie
Omzetbelasting / Vrijstelling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2667, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑09‑2015
ECLI:NL:HR:2013:BW0972, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑03‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BW0972, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑2012
Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑2012
Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑03‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑12‑2011
- Wetingang
Essentie
A-G Van Hilten concludeert dat de tekst van art. 143 lid 1 btw-richtlijn 2006/112 op verschillende manieren gelezen kan worden en acht het geboden om de kwestie aan het HvJ EU voor te leggen.
Samenvatting
Belanghebbende (X bv) levert tandtechnische producten, waaronder tandprothesen. De tandprothesen worden in het Zweden gemaakt en geleverd door A. A is in Zweden gevestigd en houdt de aandelen in belanghebbende. A factureert aan belanghebbende met 0% btw. Belanghebbende geeft in Nederland een belaste intracommunautaire verwerving (icv) aan en factureert vervolgens de tandtechnische laboratoria. Volgens belanghebbende is zij geen btw verschuldigd over ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.