NJ 2019/52
OM-cassatie. SM-handelingen in het bijzijn van kinderen onder zestien jaar. Uitleg bestanddeel ‘ontuchtig oogmerk’ als bedoeld in art. 248d Sr.
HR 26-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:1002, m.nt. N. Rozemond
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 juni 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, E.S.G.N.A.I. van de Griend, J.C.A.M. Claassens, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
16/05296
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Noot
N. Rozemond
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS154458:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1002, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:31, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑01‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑02‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑12‑2016
- Wetingang
Essentie
OM-cassatie. SM-handelingen in het bijzijn van kinderen onder zestien jaar. Uitleg bestanddeel ‘ontuchtig oogmerk’ als bedoeld in art. 248d Sr.
Samenvatting
Oordeel dat door de in de tenlastelegging omschreven gedragingen van verdachte en medeverdachte waarmee zij haar kinderen desbewust hebben geconfronteerd, weliswaar ‘alle fatsoensnormen’ en ‘een sociaal-ethische grens’ zijn overschreden, maar dat zulks in de omstandigheden van het geval ontoereikend is om die gedragingen aan te merken als te zijn verricht met een ‘ontuchtig oogmerk’ als bedoeld in art. 248d Sr, is niet onjuist, in aanmerking genomen dat blijkens art. 22 Verdrag ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.