Einde inhoudsopgave
Belastingregeling Nederland Sint Maarten
Artikel 1 Toepassingsbereik
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2016
- Bronpublicatie:
23-12-2015, Stb. 2016, 21 (uitgifte: 13-01-2016, kamerstukken: 34263)
- Inwerkingtreding
01-03-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2015, Stb. 2016, 21 (uitgifte: 13-01-2016, kamerstukken: 34263)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Sint Maarten
1.
Deze rijkswet is van toepassing op personen die inwoner zijn van een van de landen of van beide landen.
2.
Niettegenstaande de bepalingen van het eerste lid maken:
- a.
een stichting die overeenkomstig haar statuten is ingericht als een particulier fonds of een trust, die volgens artikel 2, eerste lid, onderdeel i, van de Landsverordening op de winstbelasting van de winstbelasting is vrijgesteld, tenzij deze volgens artikel 1B van de Landsverordening op de winstbelasting als doelvermogen is aangewezen;
- b.
een Vrijgestelde Vennootschap als bedoeld in artikel 1A, eerste lid, onderdeel f, van de Landsverordening op de winstbelasting; en
- c.
een vrijgestelde beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 6a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969;
geen aanspraak op de voordelen van de artikelen 10, 11, 12, 13, vierde lid, en artikel 20, eerste lid.
3.
De bevoegde autoriteiten van beide landen kunnen in onderling overleg beslissen in hoeverre een inwoner van een van de landen die onder een bijzondere regeling valt geen aanspraak kan maken op de voordelen van deze rijkswet.