Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2015/1589 nadere bepalingen voor toepassing artikel 108 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (codificatie)
Artikel 4 Eerste onderzoek van de aanmelding en besluiten van de Commissie
Geldend
Geldend vanaf 14-10-2015
- Bronpublicatie:
13-07-2015, PbEU 2015, L 248 (uitgifte: 24-09-2015, regelingnummer: 2015/1589)
- Inwerkingtreding
14-10-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-07-2015, PbEU 2015, L 248 (uitgifte: 24-09-2015, regelingnummer: 2015/1589)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Marktintegratie
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
De Commissie onderzoekt de aanmelding onverwijld na ontvangst. Onverminderd artikel 10 neemt de Commissie een besluit overeenkomstig de leden 2, 3 of 4 van dit artikel.
2.
Indien de Commissie na een eerste onderzoek tot de bevinding komt dat de aangemelde maatregel geen steun vormt, stelt zij dat bij besluit vast.
3.
Indien de Commissie na een eerste onderzoek tot de bevinding komt dat de aangemelde maatregel, in zoverre deze binnen het toepassingsgebied van artikel 107, lid l, VWEU valt, geen twijfel doet rijzen over de verenigbaarheid ervan met de interne markt, neemt zij een besluit houdende dat de maatregel verenigbaar is met de interne markt (‘besluit om geen bezwaar te maken’). In het besluit wordt nader aangegeven welke uitzondering uit hoofde van het VWEU is toegepast.
4.
Indien de Commissie na een eerste onderzoek tot de bevinding komt dat de aangemelde maatregel twijfel doet rijzen over de verenigbaarheid ervan met de interne markt, neemt zij een besluit dat ertoe strekt de procedure overeenkomstig artikel 108, lid 2, VWEU in te leiden (‘besluit tot inleiding van de formele onderzoeksprocedure’).
5.
De in de leden 2, 3 en 4 van dit artikel bedoelde besluiten worden binnen twee maanden genomen. Die termijn gaat in op de dag na de ontvangst van een volledige aanmelding. De aanmelding wordt als volledig beschouwd als de Commissie binnen twee maanden na ontvangst van de aanmelding of van aanvullende informatie waarom was gevraagd niet om verdere informatie heeft verzocht. Deze termijn kan met toestemming van de Commissie en de betrokken lidstaat worden verlengd. Indien nodig kan de Commissie kortere termijnen vaststellen.
6.
Indien de Commissie niet binnen de in lid 5 genoemde termijn een besluit overeenkomstig de leden 2, 3 of 4 heeft genomen, wordt de steun geacht door de Commissie te zijn goedgekeurd. Daarop kan de betrokken lidstaat de maatregelen ten uitvoer leggen, na de Commissie hiervan vooraf in kennis te hebben gesteld, tenzij de Commissie binnen een termijn van 15 werkdagen na de ontvangst van de kennisgeving een besluit overeenkomstig dit artikel neemt.