NJ 2023/355
Vrijspraak niet voldoen aan meldplicht EG-Verordening inzake drugsprecursoren in het kader van illegale activiteiten bij betrokkenheid geregistreerde stoffen. Begrip marktdeelnemer.
HR 30-05-2023, ECLI:NL:HR:2023:767, m.nt. N. Keijzer
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 mei 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, M. Kuijer, T. Kooijmans
- Zaaknummer
20/01831
- Conclusie
A-G mr. B.F. Keulen
- Noot
N. Keijzer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS935188:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:767, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑05‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:394, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑04‑2023
ECLI:NL:HR:2021:1886, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑12‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:851, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑12‑2020
- Wetingang
Art. 2, 8 Verordening (EG) nr. 273/2004; art. 10a Opiumwet
Essentie
Vrijspraak niet voldoen aan meldplicht als bedoeld in EG-Verordening inzake drugsprecursoren als verdachte in het kader van illegale activiteiten betrokken is geweest bij geregistreerde stoffen.
Samenvatting
Voor een veroordeling wegens het niet naleven van de meldplicht als bedoeld in art. 8 lid 1 Verordening (EG) 273/2004 inzake drugsprecursoren is vereist dat de verdachte kan worden aangemerkt als ‘marktdeelnemer’. Het begrip ‘marktdeelnemer’ is dus een te bewijzen bestanddeel. Dat bestanddeel kan niet bewezen worden verklaard als komt vast te staan dat de verdachte in het kader van een illegale activiteit betrokken is bij het in de handel brengen van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.