NJF 2006, 60
Beslag- en executierecht.
Rb. Haarlem (vzr.) 14-10-2005, ECLI:NL:RBHAA:2005:AU5326
- Instantie
Rechtbank Haarlem (Voorzieningenrechter)
- Datum
14 oktober 2005
- Magistraten
Mrs. A. Rutten-Roos, R.J.M. Smit, C.A. Joustra
- Zaaknummer
116318/KGZA05-473
- LJN
AU5326
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBHAA:2005:AU5326, Uitspraak, Rechtbank Haarlem, 14‑10‑2005
- Wetingang
Essentie
Beslag- en executierecht.
Samenvatting
Vervolg op uitspraak Vzr. Rb. Maastricht 29 juli 2005, NJF 2005, 348. Eiseres vordert opheffing van het (derden)beslag, nadat gedaagde op grond van een veroordelend vonnis het toegewezen bedrag heeft gestort op een bankrekening van de executerende deurwaarder en daarop vervolgens weer (derden)beslag heeft gelegd. Op de vordering tot opheffing is niet de bepaling van art. 438 Rv van toepassing nu het hier niet gaat om een executiegeschil, maar art. 705 Rv. Na toetsing op grond van art. 705 Rv komt de voorzieningenrechter tot het oordeel dat de vordering tot opheffing moet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.