RAR 2016/73
Ontslag op staande voet. Dient een werkgever alle bestanddelen uit de strafrechtelijke delictsomschrijving ‘diefstal’ te bewijzen indien deze term in de opzeggingsbrief wordt gebruikt?
HR 19-02-2016, ECLI:NL:HR:2016:290
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 februari 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, G. de Groot
- Zaaknummer
14/05316
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS923370:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:290, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑02‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2283, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑11‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑10‑2014
- Wetingang
Art. 7:677 BW; art. 310 Sr
Essentie
Ontslag op staande voet. Dringende reden.
Dient een werkgever alle bestanddelen uit de strafrechtelijke delictsomschrijving ‘diefstal’ te bewijzen indien deze term in de opzeggingsbrief wordt gebruikt?
Samenvatting
Werknemer is bij Autocentrum in dienst, laatstelijk als vestigingsmanager. Tot 1 oktober 2008 reed werknemer in een bedrijfsauto en tankte hij met een tankpas van Autocentrum, ongeacht of het ging om zakelijk of privégebruik van deze auto. Werknemer is per 1 oktober 2008 in een eigen auto gaan rijden. Hij is toen blijven tanken met de zakelijke tankpas. Werknemer heeft in oktober of november 2008 voor zijn echtgenote een Renault Laguna ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.