Rb. Rotterdam, 15-10-2008, nr. 192131/HA ZA 03-503
ECLI:NL:RBROT:2008:BG1186
- Instantie
Rechtbank Rotterdam
- Datum
15-10-2008
- Zaaknummer
192131/HA ZA 03-503
- LJN
BG1186
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Ondernemingsrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBROT:2008:BG1186, Uitspraak, Rechtbank Rotterdam, 15‑10‑2008; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
Hoger beroep: ECLI:NL:GHSGR:2011:BQ2095, Bekrachtiging/bevestiging
Uitspraak 15‑10‑2008
Inhoudsindicatie
vervolgvonnis over int. koop garnalen; vermeldingen op de verpakking; wie van de partijen pleegde wanprestatie.
Partij(en)
Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 192131/HA ZA 03-503
Uitspraak: 15 oktober 2008
VONNIS van de enkelvoudige kamer in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid IBROMAR B.V.,
gevestigd te Rotterdam,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr E.A. Bik,
- tegen -
de rechtspersoon naar vreemd recht KRUSTANORD S.A.,
gevestigd te Saint Laurent du Var, Frankrijk,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr J.G.M. Roijers.
Partijen worden hierna aangeduid als "Ibromar" respectievelijk "Krustanord".
1. Het verdere verloop van het geding
De rechtbank heeft kennisgenomen van de in deze zaak gewezen vonnissen van 26 januari 2005, 25 januari 2006 en 15 november 2006, alsmede de daaraan ten grondslag liggende stukken;
Ingevolge het laatstgenoemde vonnis heeft een comparitie van partijen plaatsgevonden.
2. De verdere beoordeling in conventie en in reconventie
2.1
Op grond van hetgeen door partijen over en weer naar voren is gebracht, de overgelegde producties en de eerdere vonnissen kan worden uitgegaan van het navolgende.
- (a)
Na een offerte van Ibromar d.d. 20.9.2002 is op 25.9.2002 tussen partijen een koopovereenkomst tot stand gekomen (order F0618) voor het door Ibromar aan Krustanord leveren van in totaal 20.000 kg bevroren garnalen: merk "MIMI"; HOSO white shrimp; 'pen. indicus'; frozen on board; A-grade; drie verschillende groottes; herkomst Jemen, af te leveren in Frankrijk; verwachte aflevering 1e week van oktober 2002.
De partij garnalen was verpakt in 1000 dozen: telkens 10 doosjes met 2 kg garnalen in
één grote kartonnen doos (deze dozen worden hierna aangeduid als binnendozen en buitendozen).
- (b)
Op deze koopovereenkomst waren de algemene voorwaarden van Ibromar toepasselijk.
De overeenkomst werd beheerst door het Weens Koopverdrag (CISG) en aanvullend door Nederlands intern recht.
- (c)
Aan deze koopovereenkomst waren drie eerdere soortgelijke overeenkomsten voorafgegaan, respectievelijk gesloten in maart/april, mei en juni 2002.
In de opdrachtbevestiging voor de koopovereenkomst van 25.9.2002 en in die voor de twee voorafgaande overeenkomsten stond onder meer:"same product as you received April this year". De leveranties ingevolge deze overeenkomsten hadden in september 2002 reeds plaatsgevonden.
- (d)
Op 18.10.2002 heeft Ibromar, die nog niets over de afleverdatum had vernomen, contact opgenomen met Krustanord. Deze stelde vragen over de productiedata van de garnalen. Ibromar heeft de productiedata van de verkochte partij garnalen opgegeven (okt 01, nov 01 en jan 02).
- (e)
Op 24.10.2002 heeft Ibromar - kennelijk in antwoord op vragen van Krustanord - aan deze een nadere uitleg gegeven over de op de verpakking vermelde productiedata en uiterste houdbaarheidsdata, over de verschillen tussen de data vermeld op de buitendozen en op de etiketten op de binnendozen en over met de pen aangebrachte wijzigingen in de data op sommige etiketten op de binnendozen.
- (f)
Op 29.10.2002 is de partij garnalen in Vitrolles, Frankrijk geleverd aan Krustanord, die deze zonder bemerkingen op de CMR-vrachtbrief in ontvangst heeft genomen.
- (g)
Op 29.10.2002 heeft Ibromar aan Krustanord een factuur gestuurd voor de koopsom van de partij ten bedrage van € 335.000,-. Betaling diende te geschieden binnen 30 dagen.
Dit bedrag is onbetaald gebleven.
- (h)
Op 30.10.2002 bevestigde Krustanord aan Ibromar de goede ontvangst. Verder deelde zij mee:"Further to labeling problem though, as already specified, we need to relabel the cartons with adequate shelve life. Bearing in mind that shelve life can be up to 24 months from production date, we would need a statement from product supplier in English referring to your delivery with relevant references allowing us to relabel the product with 24 month BBD." Er heeft tussen partijen telefonisch contact plaatsgevonden.
- (i)
Op 31.10.2002 berichtte Krustanord aan Ibromar dat de etikettering niet in overeenstemming was met de geldende regels: sommige binnendozen vermeldden data - 'shelve life' - die verschilden van de data op de buitendozen. Dit was voor Krustanord niet aanvaardbaar en Ibromar diende het bewuste product terug te nemen en dit te vervangen door deugdelijk geëtiketteerd product.
- (j)
Op 31.10.2002 antwoordde Ibromar dat het probleem met de etikettering al uitvoerig en duidelijk was besproken voor de verzending van de partij, maar dat zij wilde proberen een redelijke oplossing te bereiken; Ibromar was van mening dat haar niets te verwijten viel en verwierp elke aansprakelijkheid; zij wilde niettemin zoveel mogelijk meewerken aan een snelle en minnelijke oplossing.
- (k)
Op 4.11.2002 gaf Ibromar aan Krustanord twee mogelijkheden op voor het heretiketteren van dezelfde partij: het heretiketteren van alleen de binnendozen of ook de buitendozen, telkens met een 'expiry' van 24 maanden na de productie. Kennelijk was Ibromar bereid de kosten van het heretiketteren voor haar rekening te nemen.
- (l)
Op 4.11.2002 antwoordde Krustanord dat zij bleef bij haar standpunt dat Ibromar de partij moest terugnemen en moest vervangen door een juist geëtiketteerd product; vanwege de verplichtingen jegens haar afnemers, diende deze vervanging uiterlijk de volgende week plaats te vinden; bij gebreke daarvan zou van Ibromar een vergoeding worden verlangd.
- (m)
Op 6.11.2002 bevestigde Krustanord - na telefonisch contact - haar standpunt: zij kon de geleverde partij vanwege het etiketprobleem niet behouden en Ibromar moest deze terugnemen voor het heretiketteren van zowel binnen- als buitendozen in overeenstemming met de geldende regels; Ibromar diende een hoeveelheid van 3 mt (size 0) die deze in voorraad had correct te heretiketteren en de volgende week aan Krustanord af te leveren, terwijl ten aanzien van de rest van de order nader zou worden bezien of Ibromar deze weer aan Krustanord zou mogen terugleveren.
- (n)
Op 6.11.2002 antwoordde Ibromar dat zij - zoals besproken - een 'equivalent' van de order zou heretiketteren uit haar voorraad, waarbij het zou gaan om niet meer dan 3 mt.
- (o)
Op 7.11.2002 liet Ibromar weten dat de partij de volgende dag in Vitrolles zou worden opgehaald en terugvervoerd voor heretikettering. Op 14.11.2002 zou Ibromar een geheretiketteerd deel van de order (104 dozen size 0, 40 dozen size 1 en 16 dozen size 2; samen 3.200 kg) aan Krustanord afleveren.
- (p)
Kennelijk is een en ander ook gebeurd: het ophalen van de eerder geleverde partij op 8.11.2002 en de levering van 3.200 kg op 15.11.2002 die zonder bemerkingen op de vrachtbrief in ontvangst werd genomen.
- (p)
Op 13.11.2002 heeft Ibromar aan Krustanord een factuur gezonden voor de bedoelde deelzending van 3.200 kg ten bedrage van € 53.600,-. Ook dit bedrag is onbetaald gebleven.
- (q)
Op 20.11.2002 deelde Krustanord aan Ibromar mee dat zij productmonsters naar haar afnemers had gezonden, doch dat deze afnemers reclameerden dat het 'shelves life' te kort was. Krustanord voegde daaraan toe:"Indeed as discussed on several occasions and as per your fax dated November 11th you were to relabel with 24 months shelf life whereas you only put 18 months which is now again a problem". Partijen zijn het erover eens dat een fax d.d. 11.11.2002 niet is gezonden en dat wordt gerefereerd aan de hiervoor vermelde faxberichten.
- (r)
Op 25.11.2002 bood Ibromar - onder voorbehoud van rechten - aan om een geheel nieuwe 'cover' op de dozen aan te brengen om te voorzien in een 'shelf life' van 24 maanden.
- (s)
Op 25.11.2002 antwoordde Krustanord hierop dat het nu te laat was om het resterende product te leveren daar haar afnemers hun inkoop voor dat jaar hadden beëindigd.
- (u)
Op 20.12.200 heeft de advocate van Ibromar - na een eerdere fax d.d. 12.12.2002 - aan Krustanord meegedeeld dat de koopovereenkomst (order 618) werd ontbonden.
De geleverde en nog niet terugontvangen garnalen dienden te worden geretourneerd en Krustanord was gehouden tot schadevergoeding.
- (v)
Op 21.1.2003 heeft de advocaat van Krustanord aan de advocate van Ibromar meegedeeld dat de koopovereenkomst buitengerechtelijk werd ontbonden, terwijl tevens aanspraak werd gemaakt op schadevergoeding.
(t) Op 12.12.2002 zond Krustanord aan Ibromar een e-mail waarin werd geklaagd over de kwaliteit van de geleverde garnalen (720 kg size 0).
2.2
Op de buitendozen was voorgedrukt "date of freezing". Daarbij was (met de pen) een productiedatum vermeld. Op de binnendozen was eveneens voorgedrukt "date of freezing". Daarachter was een etiket aangebracht waarop een maand van de productie en een maand van de 'expiry' was vermeld. Vaststaat dat ten aanzien van de op 29 oktober 2002 geleverde partij de productiedata die waren vermeld op de buitendozen niet (steeds) overeenstemden met de productiemaand vermeld op de etiketten van daarin verpakte binnendozen.
Zowel op de buitendozen als op de binnendozen stond steeds een houdbaarheidstermijn van 18 maanden voorgedrukt:"consume within 18 months". Kennelijk bedroeg de periode tussen productie en 'expiry' als vermeld op de etiketten van de binnendozen wel telkens 18 maanden (het tegendeel is gesteld noch gebleken).
2.3
Als door Ibromar aangevoerd en door Krustanord niet betwist staat tevens vast dat de drie voorgaande leveranties van garnalen dezelfde ongerijmdheden in de vermeldingen van productietijdstippen vertoonden als de op 29 oktober 2002 geleverde partij. Blijkbaar stamden deze partijen alle uit dezelfde bron. Kennelijk was Krustanord van deze ongerijmdheden bij de eerdere leveranties op de hoogte (vergelijk faxbericht d.d. 30.7.2002 van Krustanord - productie 29 van Ibromar), evenals van de aangegeven houdbaarheidstermijn van 18 maanden, doch was dit voor haar geen reden om bij het sluiten van de koop op 25 september 2002 ten aanzien van de vermeldingen op de dozen nadere eisen te stellen. Blijkens de faxberichten van 18 en 24 oktober 2002 is na het sluiten van die koop tussen partijen nog contact geweest over de vermeldingen van de productie- en houdbaarheidsdata. Ook toen zijn daaromtrent door Krustanord kennelijk geen nadere eisen gesteld.
Gesteld noch gebleken is dat partijen waren overeengekomen dat - anders dan op de dozen was voorgedrukt - de verpakking van de partij een houdbaarheidstermijn diende aan te geven van 24 maanden.
Vervolgens is op 29 oktober 2002 de partij garnalen geleverd.
2.4
Op grond van het voorgaande kan worden aangenomen dat Krustanord kon verwachten dat de verpakking van de op 25 september 2002 gekochte partij de bedoelde ongerijmdheden in de vermeldingen van productietijdstip vertoonde en dat een houdbaarheidstermijn was aangegeven van 18 maanden. Dat betekent dat het aldus leveren van deze partij geen tekortkoming opleverde.
Toen Krustanord op 30/31 oktober 2002 klaagde over de vermeldingen op de verpakking, heeft Ibromar zich derhalve terecht op het standpunt gesteld dat zij aan haar verplichtingen had voldaan.
2.5
Partijen hebben daarna contact gehad over het door Ibromar terugnemen van de geleverde partij en over het heretiketteren daarvan. Mede gelet op het voorgaande, kan dit terugnemen niet worden beschouwd als een ontbinding van de koopovereenkomst van 25 september 2002. Er werden nieuwe, nadere afspraken gemaakt. Daarbij is tussen partijen besproken dat de vermelde houdbaarheidstermijn zou worden verlengd van 18 tot 24 maanden. Zoals ook blijkt uit het faxbericht van Ibromar d.d. 4 november 2002, ging het daarbij om de termijn tussen productie en 'expiry' als vermeld op het etiket op de binnendozen en een eventueel op de buitendozen aan te brengen etiket. Ibromar gaf Krustanord de keuze tussen twee mogelijkheden. Uit het faxbericht van Krustanord van 6 november 2002 blijkt dat deze wenste dat zowel op de binnendozen als op de buitendozen een (ander) etiket zou worden aangebracht, kennelijk: met een houdbaarheidstermijn tussen productie en 'expiry' van 24 maanden.
2.6
Aldus werd op of omstreeks 6 november 2002 tussen partijen afgesproken dat Ibromar de gehele geleverde partij zou terugnemen en dat Ibromar deze op de buiten- en binnendozen zou voorzien van (andere) etiketten, waarbij ten eerste de productietijdstippen onderling zouden overeenstemmen en ten tweede de termijn tussen productie en 'expiry' 24 maanden zou bedragen. Ibromar zou blijkbaar de kosten van het transport en het heretiketteren voor haar rekening nemen. Tevens werd afgesproken dat Ibromar al in de volgende week een hoeveelheid van circa 3 mt garnalen met deze etiketten aan Krustanord zou leveren.
Niet blijkt dat is gesproken over het aanpassen van de op de dozen voorgedrukte houdbaarheidstermijn van 18 maanden.
2.7
De gehele partij garnalen die op 29 oktober 2002 was geleverd is op 8 november 2002 weer teruggegaan naar Ibromar voor het heretiketteren van de verpakking. Ibromar heeft vervolgens, op 15 november 2002, een deelzending van 3.200 kg garnalen geleverd. Niet geheel duidelijk is of deze deelzending onderdeel had uitgemaakt van de oorspronkelijke partij die was geleverd en teruggegaan, dan wel dat deze zending bestond uit andere garnalen van dezelfde soort die Ibromar nog in voorraad had. De overgelegde correspondentie duidt op het laatste.
2.8
Vaststaat dat de etiketten op de dozen van de op 15 november 2002 geleverde deelzending een houdbaarheidstermijn aangaven van 18 maanden. Daarover heeft Krustanord op 20 november 2002 bij Ibromar geklaagd. Ibromar voert in dat verband aan dat zij had afgezien van vermeldingen op de nieuwe etiketten waaruit een houdbaarheidstermijn bleek van 24 maanden omdat dit een verschil zou geven met de voorgedrukte termijn van 18 maanden en omdat Krustanord op spoed had aangedrongen (levering binnen een week) en het heretiketteren naar 24 maanden langere tijd in beslag zou hebben genomen. Ibromar brengt naar voren dat het binnen de gestelde termijn van een week niet mogelijk was om de houdbaarheidstermijn te wijzigen naar 24 maanden en dat Krustanord dit wist. Partijen zijn het niet erover eens of de handelwijze van Ibromar een toerekenbare tekortkoming van haar oplevert. Dit geschilpunt kan echter verder onbesproken blijven.
2.9
Ibromar beroept zich op de klachttermijn van 72 uur in art. 7.1 van haar algemene voorwaarden: "If the quality of the goods doesn't comply with the agreement, the customer must submit a claim in writing ... within 72 hours after delivery in the case of frozen goods, failing which any claim on IbroMar BV will lapse". Aangenomen moet worden dat de algemene voorwaarden ook van toepassing waren op de nadere afspraken tussen partijen (het tegendeel is ook niet beweerd). De klacht van Krustanord bij faxbericht van 20 november 2002 was derhalve te laat. Krustanord had kennelijk monsters van het geleverde aan haar afnemers gestuurd. Niet valt in te zien waarom Krustanord niet zelf meteen na de levering op 15 november 2002 het geleverde had kunnen (laten) onderzoeken, waarbij meteen had kunnen worden vastgesteld welke vermeldingen er op de buiten- en binnendozen stonden. Tot een dergelijk onderzoek was Krustanord ook verplicht ingevolge art. 38 CISG. Na de levering van 29 oktober 2002 werd wel de volgende dag gereclameerd over de etikettering.
2.10
Datzelfde geldt - in nog sterkere mate - voor de klacht ten aanzien van de kwaliteit van de geleverde garnalen in de e-mail d.d. 12 december 2002. Het verweer van Krustanord dat zij de diepgevroren garnalen niet zelf tijdig zou hebben kunnen (laten) beoordelen is onvoldoende met feiten onderbouwd en komt niet aannemelijk voor. Krustanord heeft geen feiten of omstandigheden naar voren gebracht die het oordeel zouden kunnen dragen dat een beroep op deze bepaling in de algemene voorwaarden in strijd zou zijn met 'de algemene norm van de redelijkheid en billijkheid'.
2.11
Het aanbod van Ibromar in haar faxbericht van 25 november 2002 om de garnalen te voorzien van een geheel nieuwe 'cover' met een vermelde houdbaarheidstermijn van 24 maanden is door Krustanord afgewezen. Krustanord gaf te kennen dat zij het resterende, geheretiketteerde deel van de partij garnalen (van in totaal 20 mt) niet meer wilde ontvangen. Evenmin heeft Krustanord iets aan Ibromar betaald. Op 12 december 2002 heeft de advocate van Ibromar Krustanord daarover aangeschreven en een aantal keuzes voorgelegd (betaling koopprijs van € 335.000 plus extra kosten en afname van het resterende deel, betaling koopprijs plus extra kosten en verkoop bestens van het restant of ontbinding met betaling van schadevergoeding), waarbij Krustanord een termijn werd gesteld van drie werkdagen. Toen Krustanord daar niet op reageerde, heeft zij de koopovereenkomst van 25 september 2002 buitengerechtelijk ontbonden verklaard.
2.12
Zoals hiervoor al is vermeld, waren de achtereenvolgende klachten van Krustanord over de aanduiding van de houdbaarheidstermijn op de verpakking en over de kwaliteit van de geleverde zending garnalen te laat, zodat de juistheid van die klachten onbesproken kan blijven. Het in de procedure genoemde verwijt dat sprake was van ondergewicht - er zou te weinig zijn geleverd - berust, naar de rechtbank aanneemt, op een vergissing: er wordt gerefereerd aan een faxbrief d.d. 30 juli 2002 dat betrekking had op een eerdere leverantie (Krustanord weigerde ook het resterende deel van de geheretiketteerde partij te ontvangen). De op genoemde klachten gebaseerde reconventionele vordering tot ontbinding met schadevergoeding wegens wanprestatie kan derhalve niet slagen.
2.13
Bij repliek in reconventie heeft Krustanord aangevoerd dat het er alle schijn van heeft dat sprake is van misleiding, bedrog en fraude, omdat valse productinformatie is gegeven. Anders dan was overeengekomen zouden de garnalen niet zijn ingevroren aan boord van het vissersschip, hetgeen geheel voor rekening en risico zou komen van Ibromar, ook indien Ibromar zelf verkeerd zou zijn geïnformeerd. In reconventie vordert Krustanord daarom vernietiging van de koopovereenkomst wegens bedrog dan wel dwaling, met - mede op basis van art. 6:162 BW - veroordeling van Ibromar tot schadevergoeding.
2.14
Daargelaten of het Weens Koopverdrag een vordering tot vernietiging wegens bedrog of dwaling op grond van nationaal recht toelaat, het beroep daarop faalt omdat het onvoldoende is onderbouwd. Dat de partij garnalen níet aan boord was ingevroren is niet gebleken. Voor bedrog is vereist dat Ibromar opzettelijk onjuiste mededelingen zou hebben gedaan of feiten zou hebben verzwegen. Aanwijzingen daarvoor ontbreken, nadere feiten zijn niet gesteld. Hetzelfde geldt voor een onrechtmatig handelen door Ibromar. Voor dwaling is onder meer vereist dat Krustanord de koopovereenkomst zonder de gestelde onjuiste voorstelling van zaken niet aldus zou hebben gesloten. Dat dit zo was is niet aannemelijk gemaakt, terwijl Krustanord daartoe evenmin voldoende concrete feiten heeft gesteld.
2.15
De slotsom moet zijn dat de vordering in conventie toewijsbaar is en dat de reconventionele vordering dient te worden afgewezen.
3. De beslissing
De rechtbank,
in conventie
verklaart voor recht dat de buitengerechtelijke ontbinding van de koopovereenkomst door Ibromar terecht is geschied;
veroordeelt Krustanord om aan Ibromar de schade te vergoeden die deze ten gevolge van de tekortkoming van Krustanord heeft geleden en nog zal lijden, op te maken bij staat;
veroordeelt Krustanord in de kosten van het geding, tot op deze uitspraak aan de zijde van Ibromar begroot op € 205,- aan vast recht, op € 68,20 aan overige verschotten en op
€ 2.712,- aan salaris van de advocaat;
wijst af het meer of anders gevorderde;
in reconventie
ontzegt de vordering;
veroordeelt Krustanord in de kosten van het geding, tot op deze uitspraak aan de zijde van Ibromar begroot op nihil aan verschotten en op € 1.130,- aan salaris van de advocaat.
Dit vonnis is gewezen door mr Van Zelm van Eldik.
Uitgesproken in het openbaar.
- 10.