Einde inhoudsopgave
Wet vervoer over zee
Artikel 19b
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2016
- Bronpublicatie:
20-04-2016, Stb. 2016, 163 (uitgifte: 28-04-2016, kamerstukken: 34409)
- Inwerkingtreding
01-05-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-2016, Stb. 2016, 164 (uitgifte: 28-04-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
De inning en terugbetaling van compenserende rechten geschiedt door de ontvanger, bedoeld in artikel 1:3, eerste lid, onderdeel c, van de Algemene douanewet, ware het een recht bij invoer.
2.
Met betrekking tot de heffing en de invordering van compenserende rechten als bedoeld in artikel 19a zijn de artikelen 89 tot en met 100 van Verordening (EU) nr. 952/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 9 oktober 2013 tot vaststelling van het douanewetboek van de Unie (PbEU 2013, L 269) en de Invorderingswet 1990 van overeenkomstige toepassing.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regelen worden gesteld met betrekking tot de aangifte van een voorgenomen vervoer als bedoeld in artikel 19a en met betrekking tot daarmee samenhangende onderwerpen.