BR 2015/75
Onbevoegde vertegenwoordiging gemeente door ambtenaar. Schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid (art. 3:61 lid 2 BW). Feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan na de totstandkoming van de overeenkomst.
HR 24-04-2015, ECLI:NL:HR:2015:1119, m.nt. K. Meijering en S.A.L. van de Sande
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 april 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, G. Snijders, G. de Groot, M.V. Polak en T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/00569
- Noot
K. Meijering en S.A.L. van de Sande
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS921379:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Bouwrecht / Aanneming
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1119, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:49, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑01‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑01‑2014
- Wetingang
(art. 3:61 lid 2 BW)
Essentie
Onbevoegde vertegenwoordiging gemeente door ambtenaar. Schijn van vertegenwoordigingsbevoegdheid (art. 3:61 lid 2 BW). Feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan na de totstandkoming van de overeenkomst.
Samenvatting
Hamers c.s. stellen schade te hebben geleden als gevolg van een onjuiste en vertraagde levering van een onroerende zaak. In een vaststellingsovereenkomst wordt bepaald dat de omvang van de gestelde schade bij wijze van bindend advies wordt vastgesteld. De overeenkomst wordt ondertekend door Hamers c.s. en namens het college van burgemeester en wethouders door een ambtenaar.
De gemeente vordert een verklaring voor recht dat de vaststellingsovereenkomst nietig is, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.