Einde inhoudsopgave
Wet tuchtrechtspraak accountants
Artikel 39
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2013
- Bronpublicatie:
13-12-2012, Stb. 2012, 680 (uitgifte: 21-12-2012, kamerstukken: 33025)
- Inwerkingtreding
01-01-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2012, Stb. 2012, 681 (uitgifte: 21-12-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Alternatieve geschillenbeslechting
1.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de accountantskamer een klacht kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of van onvoldoende gewicht is, kan de voorzitter de zaak zonder zitting afdoen. Artikel 38 is van overeenkomstige toepassing.
2.
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de accountantskamer een klacht gegrond is, maar geen andere tuchtmaatregel dan een waarschuwing, berisping of een geldboete dient te worden opgelegd, kan de voorzitter na betrokkene te hebben gehoord, de zaak zonder zitting afdoen. Artikel 38 is van overeenkomstige toepassing.
3.
Tegen de uitspraak, bedoeld in het eerste en tweede lid, kan de betrokkene of de klager binnen zes weken na verzending van de uitspraak verzet doen. In dat geval vervalt de uitspraak en wordt de zaak verder overeenkomstig de artikelen 25 tot en met 38 behandeld.