JWB 2012/294
Personen- en familierecht, Beëindiging affectieve relatie zonder samenlevingscontract, Draagplicht vrouw met betrekking tot hypotheekrente en premies levensverzekering
HR 08-06-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9539
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juni 2012
- Zaaknummer
11/00723
- LJN
BV9539
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Gemeenschap
Verbintenissenrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BV9539, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BV9539, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑06‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑12‑2010
- Wetingang
art. 3:185 BW; art. 6:3 BW
Essentie
Personen- en familierecht, Beëindiging affectieve relatie zonder samenlevingscontract, Draagplicht vrouw met betrekking tot hypotheekrente en premies levensverzekering
Samenvatting
Casus
Partijen hebben in de periode 29 januari 1992 tot 1 augustus 2005 een affectieve relatie gehad. Op 1 juni 1993 zijn partijen gaan samenwonen. Op 8 juni 1996 hebben partijen gezamenlijk een woning (in gemeenschappelijke eigendom) betrokken. In 1996 en 2002 zijn de kinderen van partijen geboren. Partijen hebben gedurende hun relatie geen samenlevingscontract gesloten.
In cassatie gaat het om de vraag in hoeverre eiseres tot cassatie dient mee te betalen aan de door verweerder in cassatie met ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.