BNB 2017/13
Bewijslastverdeling bij de beoordeling van de vraag tot welke bedragen belanghebbende loon heeft genoten
HR 28-10-2016, ECLI:NL:HR:2016:2427, m.nt. A.L. Mertens
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 oktober 2016
- Magistraten
Mrs. Koopman, Schaap, Fierstra, Groeneveld, Wortel
- Zaaknummer
15/05890
- Noot
A.L. Mertens
- JCDI
JCDI:ADS224863:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Loonbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2427, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑10‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑10‑2016
- Wetingang
Art. 3.146 lid 1 Wet IB 2001
Essentie
Bewijslastverdeling bij de beoordeling van de vraag tot welke bedragen belanghebbende loon heeft genoten
Samenvatting
Belanghebbende is directeur, enig aandeelhouder en enig werknemer van een BV. Hij heeft bij zijn aangiften IB/PVV 2006 t/m 2010 bedragen aan ingehouden en te verrekenen LB/PVV opgevoerd en als voorheffing in aanmerking genomen. Het Hof is ervan uitgegaan dat op het loon van belanghebbende over die jaren geen loonheffing is ingehouden en dat belanghebbende ter zake daarvan niet te goeder trouw was. Het heeft voorts overwogen dat belanghebbende niet inzichtelijk heeft gemaakt tot welke bedragen het overeengekomen loon is uitbetaald en dat niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.