Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/746
Hof heeft blijkens zijn strafmotivering onmiskenbaar bedoeld gevangenisstraf op te leggen waarvan onvoorwaardelijk gedeelte gelijk zou zijn aan in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebrachte tijd. HR leest de uitspraak met verbetering van kennelijke misslag.
HR 02-06-2020, ECLI:NL:HR:2020:937
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 juni 2020
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, A.L.J. van Strien, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
18/04767
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:937, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑06‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:553, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑04‑2020
Essentie
Hof heeft blijkens zijn strafmotivering onmiskenbaar bedoeld gevangenisstraf op te leggen waarvan onvoorwaardelijk gedeelte gelijk zou zijn aan in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebrachte tijd. HR leest de uitspraak met verbetering van kennelijke misslag.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/04767
Datum 2 juni 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 26 oktober 2018, nummer 22/005411-17, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1975,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie A-G mr. D.J.C. Aben:
1. De verdachte is bij arrest van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.