V-N 2020/23.19
Geen verlaagd BTW-tarief voor exploitant ‘family entertainment center’ volgens A-G
HR (Parket) 01-04-2020, ECLI:NL:PHR:2020:313, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Parket)
- Datum
1 april 2020
- Zaaknummer
19/01595
- Conclusie
A-G Ettema
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS199897:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Tarief
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:453, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑03‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:313, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 01‑04‑2020
- Wetingang
art. 9 Wet OB 1968; post 3, 14 en 15 Tabel I letter B Wet OB 1968
Essentie
Advocaat-generaal Ettema concludeert dat het verlaagde BTW-tarief voor het verlenen van toegang tot een primair en permanent voor vermaak en dagrecreatie ingerichte voorziening niet van toepassing is op de dienst van X: het verlenen tot toegang van een ‘family entertainment center’.
Samenvatting
X bv exploiteert een ‘family entertainment center’, een voor Nederland nieuw concept. In haar pand beschikt X over een ruimte met 70 apparaten, waarop 50 verschillende spellen kunnen worden gespeeld. De speler moet daarvoor een ‘playcard’ aanschaffen, waarop een tegoed (‘credits’) kan worden gestort, waarmee de spellen kunnen worden gespeeld. X bv maakt bezwaar tegen de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.