NJ 2018/281
Voorbereidingshandelingen hennepteelt, art. 11a Opw; uitleg bestanddeel ‘bestemd zijn tot’.
HR 13-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:328, m.nt. N. Rozemond
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, Y. Buruma, E.S.G.N.A.I. van de Griend, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers
- Zaaknummer
16/04228
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Noot
N. Rozemond
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS124537:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:328, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1586, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑08‑2017
- Wetingang
Art. 11a Opw
Essentie
Voorbereidingshandelingen hennepteelt, art. 11a Opw; uitleg bestanddeel ‘bestemd zijn tot’.
Blijkens de wetsgeschiedenis is voor een bewezenverklaring van de bestemming als bedoeld in art. 11a Opw vereist dat de gedragingen strekken tot voorbereiding of vergemakkelijking van hennepteelt, waarbij het uiteindelijk doel ten behoeve waarvan de handeling wordt verricht van belang is. Gelet daarop heeft het hof de bewezenverklaring ontoereikend gemotiveerd, nu voor het bewijs gebruik gemaakt is van de verklaring van de verdachte inhoudende dat de goederen zijn aangetroffen in een oude ruimte waarin vroeger een hennepplantage is aangetroffen, dat hij die goederen gewoon ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.