NJ 2011/329
Ten onrechte in hoger beroep beslist op in eerste aanleg vergeten vordering benadeelde partij. Ontoelaatbare omzetting jeugddetentie in gevangenisstraf.
HR 05-07-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ5730
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 juli 2011
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, M.A. Loth
- Zaaknummer
09/03845
- Conclusie
A-G Jörg
- LJN
BQ5730
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bijzonder strafrecht / Jeugdstrafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ5730, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑07‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ5730, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑05‑2011
- Wetingang
Essentie
1. Het hof mag geen beslissing nemen op de vordering van een benadeelde partij die in eerste aanleg tijdig is ingediend maar waarop door de rechtbank niet is beslist, indien de benadeelde partij zich niet opnieuw in hoger beroep heeft gevoegd.
2. De rechter die de tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde voorwaardelijke jeugddetentie gelast, kan niet die straf meteen vervangen door een in art. 9 lid 1 Sr genoemde straf, zoals gevangenisstraf.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof te 's‑Gravenhage van 11 augustus 2009, nummer 22/004817-08, in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.