RFR 2012/79
Huwelijksvermogensrecht. Is een bankkrediet dat vóór het huwelijk is verleend aan de ene echtgenoot zonder toestemming van de andere echtgenoot en waarvan de besteding niet is verantwoord, verknocht in de zin art. 1:94 lid 3 BW?
HR 30-03-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV1749
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
30 maart 2012
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, F.B. Bakels, W.D.H. Asser, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders
- Zaaknummer
11/03045
- Conclusie
A-G mr. J.B.M.M. Wuisman
- LJN
BV1749
- JCDI
JCDI:ADS911741:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BV1749, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑03‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BV1749, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑01‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑07‑2011
- Wetingang
BW art. 1:94
Essentie
Huwelijksvermogensrecht.
Is een bankkrediet dat vóór het huwelijk is verleend aan de ene echtgenoot zonder toestemming van de andere echtgenoot en waarvan de besteding niet is verantwoord, verknocht in de zin art. 1:94 lid 3 BW?
Samenvatting
Partijen, met zowel de Nederlandse als de Marokkaanse nationaliteit, zijn op 17 april 2008 met elkaar in wettelijke gemeenschap van goederen gehuwd, welk kinderloos huwelijk al op 30 oktober 2009 is ontbonden. Voor zover van een samenleving tussen partijen sprake is geweest, is deze van korte duur geweest. Zij zijn per 1 oktober 2008 uit elkaar gegaan.
In ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.