Einde inhoudsopgave
Partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschappen en hun Lid-Staten, enerzijds, en Georgië, anderzijds
Artikel 32
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1999
- Bronpublicatie:
22-04-1996, Trb. 1996, 190 (uitgifte: 22-07-1996, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-07-1999, Trb. 1999, 132 (uitgifte: 01-01-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
De partijen verbinden zich tot het daadwerkelijk toepassen van het beginsel van onbeperkte toegang tot de internationale maritieme markt en het internationaal maritiem vervoer op commerciële basis.
- a.
Bovenstaande bepaling doet geen afbreuk aan de rechten en verplichtingen die voortvloeien uit het Verdrag van de Verenigde Naties inzake een gedragscode voor lijnvaartconferences en die voor de ene of de andere van de partijen bij deze Overeenkomst van toepassing zijn. De niet bij conferences aangesloten lijnvaartmaatschappijen kunnen vrij met een conference concurreren zolang zij zich aan het beginsel van eerlijke concurrentie op commerciële basis houden.
- b.
De partijen bevestigen dat zij de vrije concurrentie beschouwen als een fundamentele noodzaak voor het handelsverkeer in droge en vloeibare bulkgoederen.
2.
De partijen verbinden zich ertoe bij de toepassing van de beginselen van lid 1:
- a.
vanaf het in werking treden van deze Overeenkomst geen bepalingen inzake vrachtverdeling van bilaterale overeenkomsten tussen om het even welke Lid-Staat van de Gemeenschap en de voormalige Sovjet-Unie toe te passen;
- b.
geen bepalingen inzake vrachtverdeling op te nemen in toekomstige bilaterale overeenkomsten met derde landen, tenzij in die uitzonderlijke gevallen waarin de lijnvaartmaatschappijen van de ene of de andere partij bij deze Overeenkomst anders geen reële kans zouden krijgen om aan het handelsverkeer van en naar het betrokken derde land deel te nemen;
- c.
het opnemen van vrachtverdelingsregelingen in toekomstige bilaterale overeenkomsten betreffende het vervoer van droge en vloeibare bulkladingen niet toe te staan;
- d.
bij het in werking treden van deze Overeenkomst alle unilaterale maatregelen en administratieve, technische en andere belemmeringen op te heffen die een beperkende of discriminerende invloed kunnen hebben op het vrij verrichten van diensten in het internationaal maritiem vervoer.
3.
Onder meer verleent elke partij aan schepen welke door onderdanen of vennootschappen van de andere partij worden geëxploiteerd geen minder gunstige behandeling dan die welke zij aan haar eigen schepen verleent ten aanzien van de toegang tot voor het internationale handelsverkeer opengestelde havens, het gebruik van de infrastructuur en van de maritieme hulpdiensten van de havens evenals de daarmee verband houdende vergoedingen en kosten, douanefaciliteiten en toewijzing van aanlegplaatsen en installaties voor het laden en lossen.
4.
De onderdanen en vennootschappen van de Gemeenschap die voorzien in internationale maritieme vervoersdiensten kunnen onbelemmerd voorzien in de op het internationaal zeevervoer aansluitende diensten op de binnenwateren van Georgië en vice versa.