Einde inhoudsopgave
Aanwijzingen voor de regelgeving
Aanwijzing 8.13 Toelichting inzake verdragen
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2024
- Bronpublicatie:
20-06-2024, Stcrt. 2024, 20921 (uitgifte: 28-06-2024, regelingnummer: 3815813)
- Inwerkingtreding
01-07-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2024, Stcrt. 2024, 20921 (uitgifte: 28-06-2024, regelingnummer: 3815813)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Staatsrecht / Wetgeving
1.
Een wetsvoorstel tot goedkeuring van een verdrag wordt voorzien van een memorie van toelichting.
2.
Een voorstel tot stilzwijgende goedkeuring van een verdrag gaat vergezeld van een toelichtende nota.
3.
Toelichtingen op verdragen worden beperkt tot hetgeen voor een goed begrip nodig is. In voorkomend geval wordt daarin aangegeven dat wijziging van een bijlage die een integrerend onderdeel vormt van het verdrag en waarvan de inhoud van uitvoerende aard is ten opzichte van de bepalingen van het verdrag zelf, geen parlementaire goedkeuring behoeft, tenzij de Staten-Generaal zich het recht daartoe voorbehouden.
4.
Indien een verdrag gevolgen heeft voor de nationale wet- en regelgeving, wordt dit in de toelichting besproken. Bij de binding van het Koninkrijk te maken voorbehouden en af te leggen verklaringen die geen voorbehouden inhouden, worden eveneens in de toelichting besproken.
5.
In de toelichting op een verdrag wordt besproken of een verdrag naar de mening van de regering mogelijk een ieder verbindende bepalingen bevat.
6.
In de toelichting op een verdrag dat niet voor het Koninkrijk als geheel wordt gesloten, worden de redenen beschreven om aan dat verdrag wel of geen gelding of medegelding voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba te verlenen.
7.
In de toelichting op een verdrag dat niet voor het Koninkrijk als geheel wordt gesloten, wordt aangegeven of het verdrag wel of geen gelding of medegelding heeft voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten.
Officiële toelichting