Module Ruimtelijke ordening 2019/8254
Relativiteitsvereiste staat in de weg dat appellant, een agrariër, zich beroept op de normen uit de Wnb (Terneuzen).
ABRvS 30-10-2019, ECLI:NL:RVS:2019:3655, m.nt. Gijsbert van den End
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
30 oktober 2019
- Zaaknummer
201807565/1/R2
- Noot
Gijsbert van den End
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2019:3655, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 30‑10‑2019
- Wetingang
art. 8:69a Awb
Essentie
Voor zover appellant heeft betoogd dat hij dreigt te worden geraakt in het belang bij een goede werkomgeving in de natuur als agrariër, alsmede de omstandigheid dat hem subsidie is verleend om zijn activiteiten op een natuurvriendelijke manier uit te oefenen, overweegt de Afdeling dat hetgeen hij in dit verband naar voren heeft gebracht voor de Afdeling onvoldoende is om te kunnen concluderen dat deze belangen zo verweven zijn met het belang bij bescherming van plant- en diersoorten, dat niet kan worden geoordeeld dat de ingeroepen normen uit de Wnb over de bescherming van soorten kennelijk niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.