NJ 2018/198
Uitleg art. 46b en 62b RO. Na verwijzing van een strafzaak naar een ander gerecht vangt het onderzoek opnieuw aan en is dat gerecht niet gebonden aan enige beslissing van het verwijzende gerecht.
HR 27-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:455
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
16/05510
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS154394:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:455, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:100, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑03‑2017
- Wetingang
Essentie
Uitleg art. 46b en 62b RO. Na verwijzing van een strafzaak naar een ander gerecht vangt onderzoek opnieuw aan en is dat gerecht niet gebonden aan enige beslissing van het verwijzende gerecht.
Art. 46b en 62b RO maken verwijzing ter verdere behandeling van een zaak naar een ander gerecht mogelijk indien dat door het verwijzende gerecht gewenst wordt geoordeeld gelet op betrokkenheid van dat gerecht bij die zaak. De verwijzingsbevoegdheid strekt mede ertoe te waarborgen dat de behandeling van een zaak plaatsvindt door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht. Gelet hierop dienen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.