HR, 30-06-2017, nr. 16/00350

Documentgegevens:

HR 30-06-2017, ECLI:NL:HR:2017:1182

Instantie: Hoge Raad
Datum: 30 juni 2017
Zaaknummer: 16/00350
Vakgebied(en): Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2017:1182, Uitspraak, Hoge Raad, 30‑06‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:525, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑05‑2017
ECLI:NL:HR:2016:1512, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑07‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:450, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑05‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑12‑2015
Wetingang: Art. 2:19, 2:23c, 3:320, 7:853 BW; art. 54 Rv

Essentie

Einde verjaringstermijn vordering op niet meer bestaande (failliete) rechtspersoon; heropening vereffening rechtspersoon vereist voor (voort)lopen verjaringstermijn?; stuiting verjaring vereist?

Uitspraak

Eiser tot cassatie heeft zich borg gesteld voor een vordering van Rabobank (verweerster in cassatie) op een vennootschap. De vennootschap is in 2005 failliet verklaard. Het faillissement is in 2006 opgeheven bij gebrek aan baten. De vennootschap is daarop ontbonden en is opgehouden te bestaan. In deze procedure spreekt Rabobank eiser aan uit hoofde van de borgtocht. Eiser voert als verweer dat de borgtocht op grond van art. 7:853 BW teniet is gegaan omdat de vordering ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.