RBP 2020/21:Verzet. Daad van bekendheid. Kan het bespreken van een verstekvonnis met een bewindvoerder worden aangemerkt als een daad van bekendheid in de zin van art. 143 lid 2 Rv?

RBP 2020/21

Verzet. Daad van bekendheid. Kan het bespreken van een verstekvonnis met een bewindvoerder worden aangemerkt als een daad van bekendheid in de zin van art. 143 lid 2 Rv?

Documentgegevens:

Hof Arnhem-Leeuwarden 24-12-2019, ECLI:NL:GHARL:2019:11186

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum: 24 december 2019
Magistraten: Mrs. C.G. ter Veer, H.L. Wattel, I.W. Levelt-Iseger
Zaaknummer: 200.248.606
JCDI: JCDI:ADS192848:1
Vakgebied(en): Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:GHARL:2019:11186, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 24‑12‑2019
Wetingang: Art. 143 lid 2 Rv; art. 6 EVRM

Essentie

Verzet. Daad van bekendheid.

Kan het bespreken van een verstekvonnis met een bewindvoerder worden aangemerkt als een daad van bekendheid in de zin van art. 143 lid 2 Rv?

Samenvatting

Op 30 januari 2013 is een verstekvonnis gewezen. Tegen dit vonnis heeft de gedaagde bij dagvaarding van 17 april 2018 verzet ingesteld. Bij vonnis van 18 juli 2018 heeft de rechtbank de gedaagde niet-ontvankelijk verklaard in het verzet omdat hij niet binnen vier weken nadat hij een daad van bekendheid in de zin van artikel 143 lid 2 Rv pleegde, tegen het verstekvonnis in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.