NJ 2013/332
Beperkte ruimte strafrechter voor oordeel over reikwijdte art. 31 Vluchtelingenverdrag.
HR 28-05-2013, ECLI:NL:HR:2013:BY4310, m.nt. M.J. Borgers
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
28 mei 2013
- Magistraten
W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma, J. Wortel, N. Jörg
- Zaaknummer
11/01046
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
M.J. Borgers
- LJN
BY4310
- JCDI
JCDI:ADS127636:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Vreemdelingenrecht / Vreemdelingenprocesrecht
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BY4310, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 28‑05‑2013
ECLI:NL:PHR:2012:BY4310, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑10‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑09‑2012
- Wetingang
Essentie
Een vreemdeling behoort niet te worden vervolgd wegens het onmiskenbaar in het kader van zijn vlucht in het bezit hebben of gebruiken van valse documenten, zolang op zijn eerste asielaanvraag nog niet onherroepelijk is beslist. Daarom mag de strafrechter, ingeval de vreemdeling zich op art. 31 Vluchtelingenverdrag beroept en aangenomen moet worden dat op zijn eerste asielaanvraag zal worden beslist, niet aannemen dat hij niet voldoet aan de voorwaarden voor het kunnen inroepen van de bescherming van die bepaling.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.