V-N Vandaag 2020/2132
Aanmerkelijke kans dat a.b.-voordeel in aanmerking moet worden genomen is onvoldoende voor navordering
HR 11-09-2020, ECLI:NL:HR:2020:1411
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 september 2020
- Zaaknummer
18/03850
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1411, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑10‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:707, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑06‑2019
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat voor navordering onvoldoende is dat de aanmerkelijke kans bestaat dat een voordeel uit de fictieve vervreemding van het a.b. in aanmerking zou moeten worden genomen. De niet onwaarschijnlijke mogelijkheid dat de aangifte juist is, blijft dan namelijk bestaan.
Samenvatting
Y, de echtgenote van erflater, A, houdt de aandelen in C bv. A overlijdt in 2010. Het vermogen van C bv bestaat op dat moment uit beleggingsvermogen. Omstreeks 15 december 2011 worden de IB-aangiften 2010 van A en Y ingediend. Alleen in de IB-aangifte van A is melding gemaakt van zijn overlijden. In de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.