NJB 2017/576
Begrip ‘woning’ in verband met verlaagd tarief (2%) voor de overdrachtsbelasting. Hoe dit begrip uit te leggen nu de wetgever geen definitie heeft gegeven en de doelstelling ‘doorstroming op de woningmarkt’ geen doorslaggevend aanknopingspunt biedt? Criterium uit de wetsgeschiedenis ‘naar zijn aard bestemd’ objectief te benaderen
HR 24-02-2017, ECLI:NL:HR:2017:290
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 februari 2017
- Magistraten
Mrs. Koopman, Schaap, Fierstra, Groeneveld en Wortel
- Zaaknummer
16/01734
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Belastingen van rechtsverkeer / Overdrachtsbelasting
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:290, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑02‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1218, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑11‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:1222, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑03‑2016
- Wetingang
(art. 14 lid 2 WBR)
Essentie
Begrip ‘woning’ in verband met verlaagd tarief (2%) voor de overdrachtsbelasting. Hoe dit begrip uit te leggen nu de wetgever geen definitie heeft gegeven en de doelstelling ‘doorstroming op de woningmarkt’ geen doorslaggevend aanknopingspunt biedt? Criterium uit de wetsgeschiedenis ‘naar zijn aard bestemd’ objectief te benaderen
Uitspraak
Hoge Raad, onder meer:
‘2.1.
(…) Belanghebbende heeft op 31 augustus 2012 de eigendom verkregen van een onroerende zaak (hierna: het pand). Het pand is in 1895 als woonhuis (‘stadsvilla’) gebouwd. Het werd aanvankelijk ook bewoond en is nadien als advocatenkantoor in gebruik geweest. Toen het pand door belanghebbende werd verkregen, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.