RvdW 2011/1042
Wet herstructurering varkenshouderij. Maatregelen in strijd met art. 1 lid 1 Eerste Protocol EVRM?; "excessive and disproportionate burden"?; "fair balance"-toets. Procedure na verwijzing.
HR 02-09-2011, ECLI:NL:HR:2011:BQ5098
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
2 september 2011
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A. Hammerstein, J.C. van Oven, F.B. Bakels, C.E. Drion
- Zaaknummer
10/00710
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BQ5098
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal publiekrecht (V)
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BQ5098, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 02‑09‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BQ5098, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑05‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑02‑2010
- Wetingang
Essentie
Vervolg op HR 16 november 2001, NJ2002/469 m.nt. TK en EAA.
Niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting geeft het oordeel van het hof dat verweerders in cassatie door de maatregelen van de Wet herstructurering varkenshouderij (Whv), die een verlies van de latente ruimte, die 34% van de totale plaatsingsruimte bedroeg, hebben teweeggebracht en die een in 1993 gedane investering van f 60.000 nutteloos hebben gemaakt, onevenredig zijn getroffen in hun belangen en in hun vermogen, zodat gezegd moet worden dat op hen een "excessive and disproportionate burden" rustte en de desbetreffende bepalingen van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.