NJ 1925, p. 91
Gezag van een vreemd vonnis, dat, naar Nederlandsen recht, geen kracht van gewijsde heeft. Goede trouw en billijkheid. Engelsch recht." Nederlandsch recht. Instelling der vordering voor den Nederlandschen rechter nadat de Engelsche rechter ze had afgewezen.
HR 14-11-1924, ECLI:NL:HR:1924:19 (Bontmantel-arrest)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 november 1924
- Magistraten
Mrs. Bosch, Fentener van Vlissingen, Savelberg, Jhr. Feith en Ort
- Zaaknummer
[14111924/NJ_1925,_p._91]
- Conclusie
Mr. Tak
- Roepnaam
Bontmantel-arrest
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS121221:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1924:19, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑11‑1924
- Wetingang
Essentie
Gezag van een vreemd vonnis, dat, naar Nederlandsen recht, geen kracht van gewijsde heeft. Goede trouw en billijkheid. Engelsch recht." Nederlandsch recht. Instelling der vordering voor den Nederlandschen rechter nadat de Engelsche rechter ze had afgewezen.
Samenvatting
De door het Hof vooropgestelde regel, dat de Nederl. rechter in elk bijzonder geval heeft te beoordeelen, of en in hoeverre aan een vreemd vonnis door hem gezag moet worden toegekend, is juist en noch met de artt. 1953 en 1954 B. W., noch met art. 431 Bv. in strijd.
's Hofs beslissing, dat eischer in dit geval aan het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.