NJB 2015/1640:Vervolging na administratieve oplegging alcoholslotprogramma, HR 3 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:434, NJ 2015/256: de Hoge Raad realiseert zich dat de uitkomst van dit arrest (en van dat van de Raad van State: ABRvS 4 maart 2015, ECLI:NL:RVS:2015:622) niet zodanig voorzienbaar was dat de procesdeelnemers in reeds aanhangige strafzaken daarmee rekening hadden behoren te houden en daarom in feitelijke aanleg hadden moeten klagen over dubbele vervolging. Hoge Raad zet uiteen onder welke voorwaarde het aanleiding ziet om te doen wat het hof had behoren te doen in zaken als de onderhavige waarin vóór 3 maart 2015 uitspraak is gedaan die nog niet onherroepelijk is geworden

NJB 2015/1640

Vervolging na administratieve oplegging alcoholslotprogramma, HR 3 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:434, NJ 2015/256: de Hoge Raad realiseert zich dat de uitkomst van dit arrest (en van dat van de Raad van State: ABRvS 4 maart 2015, ECLI:NL:RVS:2015:622) niet zodanig voorzienbaar was dat de procesdeelnemers in reeds aanhangige strafzaken daarmee rekening hadden behoren te houden en daarom in feitelijke aanleg hadden moeten klagen over dubbele vervolging. Hoge Raad zet uiteen onder welke voorwaarde het aanleiding ziet om te doen wat het hof had behoren te doen in zaken als de onderhavige waarin vóór 3 maart 2015 uitspraak is gedaan die nog niet onherroepelijk is geworden

Documentgegevens:

HR 08-09-2015, ECLI:NL:HR:2015:2474

Instantie: Hoge Raad (Strafkamer)
Datum: 8 september 2015
Magistraten: Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, A.L.J. van Strien
Zaaknummer: 14/05524
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Verkeersrecht / Verkeerstekens en verkeersmaatregelen
Materieel strafrecht / Algemeen
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2015:2474, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑09‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1705, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑06‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑03‑2015
Wetingang: (EVRM Zevende Protocol art. 4; Sr art. 68; Sv art. 457; WVW 1994 art. 8)

Essentie

Vervolging na administratieve oplegging alcoholslotprogramma, HR 3 maart 2015, ECLI:NL:HR:2015:434, NJ 2015/256: de Hoge Raad realiseert zich dat de uitkomst van dit arrest (en van dat van de Raad van State: ABRvS 4 maart 2015, ECLI:NL:RVS:2015:622) niet zodanig voorzienbaar was dat de procesdeelnemers in reeds aanhangige strafzaken daarmee rekening hadden behoren te houden en daarom in feitelijke aanleg hadden moeten klagen over dubbele vervolging. Hoge Raad zet uiteen onder welke voorwaarde het aanleiding ziet om te doen wat het hof had behoren te doen in zaken als de onderhavige waarin vóór 3 maart 2015 uitspraak is gedaan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.