BNB 2022/73
Nieuw feit voor navordering. Geen ambtelijk verzuim indien een aangifte ondanks een uitworpreden niet nader wordt onderzocht
HR 18-03-2022, ECLI:NL:HR:2022:379, m.nt. A.J.H. van Suilen
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 maart 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Feteris, Wortel, Beukers-van Dooren, Van Eijsden
- Zaaknummer
20/01121
- Conclusie
A-G Niessen
- Noot
A.J.H. van Suilen
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS648595:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Resultaat uit overige werkzaamheden
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:379, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑11‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:1121, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑11‑2020
- Wetingang
Art. 16 lid 1 AWR
Essentie
Nieuw feit voor navordering. Geen ambtelijk verzuim indien een aangifte ondanks een uitworpreden niet nader wordt onderzocht
Samenvatting
Belanghebbende heeft in zijn aangiften IB/PVV 2012 en 2013 hoge negatieve resultaten uit overige werkzaamheden vermeld. Voor het jaar 2012 was dat een uitworpreden. De aangifte 2012 is echter toch geautomatiseerd afgehandeld en de aanslag 2012 is vervolgens overeenkomstig de aangifte vastgesteld. Naar aanleiding van vragen over de aangifte 2013 heeft de Inspecteur het voor dat jaar aangegeven negatieve resultaat uit overige werkzaamheden gecorrigeerd. Voor het jaar 2012 heeft de Inspecteur alsnog dezelfde correctie aangebracht en naar aanleiding daarvan aan belanghebbende ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.