NJB 2020/371
Vanwege de veroordeling door de strafrechter kan handhaving van de besluitvorming geen twijfel zaaien over de vraag of appellant voor onschuldig moet worden gehouden
CRvB 21-01-2020, ECLI:NL:CRVB:2020:123
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
21 januari 2020
- Magistraten
Mrs. Van der Ham, Van Straalen, Van Dalen-van Bekkum
- Zaaknummer
18/266 PW
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid algemeen / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2020:123, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 21‑01‑2020
- Wetingang
(art. 6 EVRM)
Essentie
Vanwege de veroordeling door de strafrechter kan handhaving van de besluitvorming geen twijfel zaaien over de vraag of appellant voor onschuldig moet worden gehouden
Uitspraak
Overwegingen
4.5.
Voor zover appellant zich beroept op de onschuldpresumptie als gewaarborgd in artikel 6, tweede lid, van het EVRM, slaagt deze grond niet. De onschuldpresumptie brengt volgens vaste rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM, arrest van 12 juli 2013, Allen tegen het Verenigd Koninkrijk, ECLI:CE:ECHR:2013:0712JUD002542409, punten 92 tot en met 104) mee dat het publieke organen en autoriteiten niet is toegestaan om ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.