NJB 2013/1692:Anonieme getuigen: de term ‘personen wier identiteit niet blijkt’ in art. 344a lid 3 Sv omvat niet personen wier persoonsgegevens niet (volledig) zijn vermeld in het proces-verbaal waarin hun verklaringen zijn opgenomen, maar van wie vaststaat dat zij wel zodanig kunnen worden geïndividualiseerd dat de verdediging desgewenst hun verhoor als getuige door de rechter-commissaris of ter terechtzitting kan verzoeken. Beperkt anonieme getuigen: uit de ingevolge art. 360 lid 1 Sv vereiste motivering van het gebruik van een verklaring van een getuige die is gehoord op de voet van art. 190 lid 3 Sv dient de reden voor toekenning van de beperkte anonimiteit te blijken alsmede dat die toekenning geen afbreuk heeft gedaan aan het ondervragingsrecht van de verdediging