V-N Vandaag 2019/2542
Geen gevolgen voor niet geven van cautie op zitting
HR 15-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1786
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 november 2019
- Zaaknummer
18/04315
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Fiscaal procesrecht / Procesorde
Loonbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht / Boete
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1786, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:506, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑05‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑05‑2019
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de cautie moet worden gedaan in alle gevallen waarin - anders dan schriftelijk -vragen worden gesteld die betrekking hebben op een bestuurlijke boete. Het hof had aan X bv moeten mededelen dat antwoorden niet verplicht was. X bv is echter door het achterwege blijven van de cautie niet in haar belangen geschaad.
Samenvatting
X bv en C bv vormen tot 1 januari 2010 een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. De heer A is hun (middellijke) aandeelhouder. Per 1 januari 2010 zijn de aandelen in C bv verkocht aan de heer F. F stuurt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.