V-N 2017/14.9
Premature vergoeding van ‘Irimie-rente’
HR 03-03-2017, ECLI:NL:HR:2017:341, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 maart 2017
- Magistraten
Overgaauw, Punt, Van Loon, Van Kalmthout, Van Hilten
- Zaaknummer
16/01176
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925879:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Invorderingsrente en betalingskorting
Belastingheffing van motorrijtuigen (V)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
Invordering (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:341, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑03‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑10‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:1103, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑10‑2016
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat het hof ten onrechte heeft beslist op het tijdens het hoger beroep voor het eerst gedane verzoek om vergoeding van invorderingsrente wegens strijd met het EU-recht geheven BPM (Irimie-rente).
Samenvatting
X vof doet medio 2012 bpm-aangifte voor de registratie van een gebruikte personenauto. De verschuldigde bpm van € 9635 is op 4 juli 2012 voldaan. Aangezien in de aangifte is uitgegaan van een te lage CO-uitstoot is een naheffingsaanslag van € 1266 opgelegd. Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt de inspecteur in het gelijk. In hoger beroep is niet meer in geschil dat een extra afschrijving van 2,25% ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.