Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2013/59/Euratom vaststelling van de basisnormen voor de bescherming tegen de gevaren verbonden aan de blootstelling aan ioniserende straling
Bijlage VIII Bepaling en gebruik van de index voor activiteitsconcentratie voor gammastraling uitgezonden door bouwmaterialen als bedoeld in artikel 75
Geldend
Geldend vanaf 06-02-2014
- Bronpublicatie:
05-12-2013, PbEU 2014, L 13 (uitgifte: 17-01-2014, regelingnummer: 2013/59/Euratom)
- Inwerkingtreding
06-02-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-12-2013, PbEU 2014, L 13 (uitgifte: 17-01-2014, regelingnummer: 2013/59/Euratom)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Milieurecht / Straling
Openbare orde en veiligheid / Rampenbestrijding
Energierecht (V)
Voor de toepassing van artikel 75, lid 2, dienen voor de vastgestelde soorten bouwmaterialen de activiteitsconcentraties van primordiale radionucliden Ra-226, Th-232 (of het vervalproduct Ra-228 ervan) en K-40 te worden bepaald.
Index I voor activiteitsconcentratie wordt aan de hand van de volgende formule bepaald:
I = CRa226/300 Bq/kg + CTh232/200 Bq/kg + CK40/3 000 Bq/kg
waarbij CRa226, CTh232 en CK40 de activiteitsconcentraties in Bq/kg zijn van de overeenkomstige radionucliden in het bouwmateriaal.
De index houdt verband met de gammastralingsdoses, buiten de typische blootstelling buitenshuis, in een gebouw dat uit een specifiek bouwmateriaal is opgetrokken. De index geldt voor het bouwmateriaal en niet voor de bestanddelen daarvan, tenzij die bestanddelen zelf bouwmaterialen zijn en afzonderlijk als zodanig worden beoordeeld. Voor de toepassing van de index op deze bestanddelen, met name afvalmateriaal dat tot bouwmaterialen wordt gerecycleerd door industrieën die van nature voorkomend radioactief materiaal verwerken, moet een passende deelfactor worden gebruikt. De indexwaarde 1 voor activiteitsconcentratie kan worden gebruikt als een conservatief screeninginstrument om materialen te herkennen die tot een overschrijding van het in artikel 75, lid 1, vastgelegde referentieniveau kunnen leiden. Bij de dosisberekening dient rekening te worden gehouden met andere factoren zoals dichtheid, dikte van het materiaal en factoren die betrekking hebben op het soort gebouw en het beoogde gebruik van het materiaal (bulk of oppervlakte).