JONDR 2020/561
HR, 24-04-2020, nr. 18/04375
HR 24-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:809
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 april 2020
- Zaaknummer
18/04375
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:809, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1203, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑11‑2018
- Wetingang
Art. 1 onderdeel b ten 1e Richtlijn Beleggingsdiensten (Richtlijn 93/22/EEG); art. 4 lid 1 onder 1, bijlage I Deel A MiFID (Richtlijn 2004/39/EG); art. 1 onderdeel b ten 1e en 7 Wte 1995; art. 1.1 (oud) Wft
Essentie
Effectenlease; Dexia-affaire; ‘waiver’-zaak. Handelde tussenpersoon als orderremisier?; begrip ‘order’ in Richtlijn Beleggingsdiensten, MiFID, Wte 1995 en Wft; HvJ EU 4 juni 2017 (Khorassani/Pflanz); bevat aanvraagformulier een order?
Uitspraak
Er zijn geen aanwijzingen dat het begrip ‘het ontvangen en doorgeven van orders’ in de Richtlijn Beleggingsdiensten een andere betekenis heeft dan in MiFID. Het begrip ‘het doorgeven van orders’ in de Richtlijn Beleggingsdiensten en het daarmee verbonden begrip ‘effectenbemiddelaar’ in de Wte 1995 moeten dus overeenkomstig HvJ EU 4 juni 2017, ECLI:EU:C:2017:451 (Khorassani/Pflanz) worden uitgelegd. Of een aanvraagformulier voor het sluiten van een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.