NJ 2016/418
Jeugdzaak. Toereikend bewijs in vereniging geweld plegen cfm art. 141 Sr.
HR 05-07-2016, ECLI:NL:HR:2016:1320, m.nt. N. Rozemond onder 2016/420
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
5 juli 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, Y. Buruma, V. van den Brink, M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/02625
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
N. Rozemond onder NJ 2016/420
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS110814:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Bijzonder strafrecht / Jeugdstrafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1320, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑07‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:587, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑04‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑08‑2015
- Wetingang
Art. 47 Sr
Essentie
Toereikend bewijs openlijk in vereniging geweld plegen. ’s Hofs oordeel dat verdachte nauw en bewust met zijn mededaders heeft samengewerkt en dat zijn bijdrage van voldoende gewicht is om ten aanzien van hem te kunnen spreken van het ‘in vereniging’ plegen van het bewezenverklaarde geweld, dat heeft bestaan uit het meermalen met kracht met geschoeide voet stampen en/of trappen op het hoofd en/of tegen het lichaam van de aangever, is niet onbegrijpelijk, in het bijzonder gelet op de getuigenverklaring dat verdachte een van de jongens was die op de buurman aan het intrappen waren.
Samenvatting
In zijn arresten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.