RFR 2021/16
Erfrecht. Moet bij de berekening van de legitieme portie rekening worden gehouden met de inbreng van een bedrag in een stichting?
HR 09-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1589
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/02676
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS251509:1
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Testamenten
Civiel recht algemeen (V)
Erfrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1589, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:390, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑04‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑06‑2019
- Wetingang
Essentie
Berekening legitieme portie.
Moet bij de berekening van de legitieme portie rekening worden gehouden met de inbreng van een bedrag in een stichting naar het recht van Liechtenstein, waarvan erflaatster en na haar overlijden twee van haar zonen begunstigden zijn?
Samenvatting
Erflaatster is in 2008 overleden. Erflaatster is de moeder van drie kinderen, hierna te noemen: ‘erflater’, ‘verweerder 1’ en ‘verweerster 2’. Bij testament heeft erflaatster verweerder 1 en verweerster 2 ieder voor de helft tot erfgenaam van haar nalatenschap benoemd onder bezwaar van een legaat aan erflater ter hoogte van zijn legitieme portie. Een jaar voor haar ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.