RFR 2012/24
Voogdij. Adoptie. Een adoptie naar Indonesisch ‘adat’-recht kan niet in Nederland worden erkend. Hoe kan het beste in verantwoorde gezagsuitoefening over het kind worden voorzien?
HR 25-11-2011, ECLI:NL:HR:2011:BT2704
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 november 2011
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, W.D.H. Asser, C.E. Drion
- Zaaknummer
11/02141
- Conclusie
A-G Huydecoper
- LJN
BT2704
- JCDI
JCDI:ADS910736:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Personen- en familierecht / Afstamming en adoptie
Juridische beroepen / Rechter
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2011:BT2704, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑11‑2011
ECLI:NL:PHR:2011:BT2704, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑09‑2011
- Wetingang
BW art. 1:253r, 253q; RO art. 81; EVRM art. 8
Essentie
Voogdij. Adoptie.
Een adoptie naar Indonesisch ‘adat’-recht kan niet in Nederland worden erkend. Hoe kan het beste in verantwoorde gezagsuitoefening over het kind worden voorzien?
Samenvatting
Een in 2004 in Indonesië geboren kind is op zeer jonge leeftijd door haar biologische ouders afgestaan aan een echtpaar, dat het kind in 2009 naar Indonesisch recht heeft geadopteerd. Vaststaat dat deze adoptie in Nederland niet kan worden erkend. Het echtpaar heeft het kind op basis van een valse geboorteakte meegenomen naar Nederland en het vervolgens voor verzorging en opvoeding ondergebracht bij de verzoekers tot cassatie. Het kind heeft een aantal ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.