Einde inhoudsopgave
Besluit toegankelijkheid van het openbaar vervoer
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
17-12-2014, Stb. 2014, 559 (uitgifte: 24-12-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2014, Stb. 2014, 558 (uitgifte: 24-12-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt tegelijk in werking met de Wet afschaffing plusregio's (17-12-2014, Stb. 557).
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Personenvervoer algemeen
Vervoersrecht / Railvervoer
Staatsrecht / Grondrechten
Vervoersrecht / Wegvervoer
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
- a.
Onze Minister: Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;
- b.
- c.
beheerder: een natuurlijke of rechtspersoon, die verantwoordelijk is voor de inrichting en het gebruik van een halte of station dat dient voor het betreden, gebruiken of verlaten van het openbaar vervoer, daaronder begrepen in een gebouw te onderscheiden ruimten;
- d.
concessiegebied: een gebied waar openbaar vervoer wordt verricht als bedoeld in artikel 25 van de Wet personenvervoer 2000;
- e.
exploitant van reisinformatie: degene die verzoekt om reisinformatie ten behoeve van het voeden en actualiseren van een reisinformatiesysteem als bedoeld in artikel 10 van het Besluit personenvervoer 2000;
- f.
concessieverlener: een overheid als bedoeld in artikel 20, tweede en derde lid, van de Wet personenvervoer 2000;
- g.
halte: een gebouw of bouwwerk dat dient voor het betreden, gebruiken en verlaten van openbaar vervoer, in het bijzonder voor bus of tram;
- h.
hulpmiddel: een persoonlijk middel dat in het bijzonder is bestemd voor het zichzelf voortbewegen of door een ander doen voortbewegen van personen met een functiebeperking en de afmetingen van een rolstoel als bedoeld in richtlijn 2001/85/EG niet overschrijdt;
- i.
station: een gebouw of bouwwerk dat dient voor het betreden, gebruiken en verlaten van openbaar vervoer, in het bijzonder voor metro of trein;
- j.
perron: onderdeel van een halte of station dat als platform dient voor het betreden en verlaten van een trein, metro, bus of tram;
- k.
richtlijn 2001/85/EG: Richtlijn 2001/85/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 november 2001 betreffende speciale voorschriften voor voertuigen bestemd voor het vervoer van passagiers, met meer dan acht zitplaatsen, die van de bestuurder niet meegerekend, en tot wijziging van richtlijn 70/156/EEG van de Raad en van richtlijn 97/27/EG (PbEG 2002, L 42/1);
- l.
voertuig: een bus, tram, metro of trein of een langs een geleidesysteem voortbewogen voertuig als bedoeld in artikel 1, onderdeel h, van de Wet personenvervoer 2000, met uitzondering van een auto;
- m.
vervoerder: degene die openbaar vervoer verricht als bedoeld in artikel 7, onderdeel a, van de wet.