NJ 2013/354
Pacht; opzegging pachtovereenkomst door verpachter; vereiste van vermelden gronden van opzegging van art. 7:368 BW en beëindigingsvordering verpachter op voet art. 7:369 BW; strekking; opzeggingsgrond “niet als goed pachter gedragen”; aanvulling opzeggingsgrond?
HR 21-06-2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ5346 (De Molensteen/Daalland)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 juni 2013
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.E. Drion, G. de Groot
- Zaaknummer
12/01882
- Conclusie
wnd. A-G mr. A. Hammerstein
- Noot
Red. Aant.
- LJN
BZ5346
- Roepnaam
De Molensteen/Daalland
- JCDI
JCDI:ADS127651:1
- Vakgebied(en)
Pachtrecht / Pachtovereenkomst
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BZ5346, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑06‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BZ5346, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑03‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑03‑2012
- Wetingang
Art. 7:368, 7:369, 7:370 BW
Essentie
Pacht; opzegging pachtovereenkomst door verpachter; vereiste van vermelden gronden van opzegging van art. 7:368 BW en beëindigingsvordering verpachter op voet art. 7:369 BW; strekking; opzeggingsgrond “niet als goed pachter gedragen”; aanvulling opzeggingsgrond?
Volgens art. 7:369 lid 2 BW kan slechts op de gronden vermeld in de opzegging worden gevorderd dat de rechter het tijdstip zal vaststellen waarop de overeenkomst zal eindigen. Art. 7:369 lid 2 BW strekt samen met art. 7:368 BW, waarin is bepaald dat de opzegging op straffe van nietigheid de gronden dient te vermelden die tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.