Einde inhoudsopgave
Europees Vestigingsverdrag
Artikel 28
Geldend
Geldend vanaf 23-02-1965
- Bronpublicatie:
13-12-1955, Trb. 1957, 20 (uitgifte: 11-02-1957, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
23-02-1965
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-1970, Trb. 1970, 56 (uitgifte: 01-01-1970, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
1.
In tijd van oorlog of in geval van een andere algemene noodtoestand welke het bestaan van de natie bedreigt, kan iedere Verdragsluitende Partij maatregelen nemen welke afwijken van haar verplichtingen krachtens dit Verdrag in de mate waarin de toestand zulks absoluut vereist en onder voorbehoud dat zulke maatregelen niet in strijd zijn met haar andere verplichtingen krachtens het internationale recht.
2.
Iedere Verdragsluitende Partij die gebruik maakt van dit recht om af te wijken van haar verplichtingen krachtens dit Verdrag, houdt de Secretaris-Generaal van de Raad van Europa volledig op de hoogte van de maatregelen welke zij heeft genomen en de daaraan ten grondslag liggende redenen. Zij deelt de Secretaris-Generaal van de Raad ook mede, wanneer zulke maatregelen niet langer van kracht zijn en de bepalingen van het Verdrag wederom volledig worden toegepast.