Einde inhoudsopgave
Regeling beveiliging nucleaire inrichtingen en splijtstoffen
Artikel 17
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
06-10-2016, Stcrt. 2016, 52040 (uitgifte: 07-10-2016, regelingnummer: IENM/BSK-2016/183805)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-10-2016, Stcrt. 2016, 52040 (uitgifte: 07-10-2016, regelingnummer: IENM/BSK-2016/183805)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieugevaarlijke stoffen
1.
De vervoerder beschikt over een beveiligingsplan met een beschrijving van de wijze waarop categorie I- II- of III-materiaal wordt beveiligd.
2.
Het beveiligingsplan, bedoeld in het eerste lid, bevat ten minste een omschrijving van de beveiligingsmaatregelen die worden getroffen door de vervoerder om te voldoen aan artikel 16. Indien de vervoerder beschikt over een vergunning ingevolge het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen op grond waarvan de vervoerder bevoegd is om het categorie I-, II- of III-materiaal te vervoeren, voorhanden te hebben bij opslag in verband met het vervoer, of binnen of buiten Nederlands grondgebied te brengen of te doen brengen, bevat het plan een verwijzing naar die vergunning.
3.
Voorafgaand aan het vervoer stelt de vervoerder een nucleair draaiboek op. Het nucleaire draaiboek bevat voor dit vervoer de specifieke uitwerking van de in artikel 16 bedoelde maatregelen.
4.
Voorafgaand aan het vervoer vergewist de vervoerder zich ervan dat alle beveiligingsmaatregelen conform het beveiligingsplan en het nucleaire draaiboek getroffen zijn. De vervoerder vergewist zich eveneens voorafgaand aan het vervoer ervan dat geen ongewenste veranderingen zijn aangebracht aan de verpakking en aan het vervoermiddel.