Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte
Artikel 8
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
21-11-2023, Stcrt. 2023, 32441 (uitgifte: 01-12-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2023, Stcrt. 2023, 32441 (uitgifte: 01-12-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Huur van woonruimte
Huurrecht / Huurprijzen
1.
De zittingsleden genieten een vergoeding ten bedrage van € 392 per zitting van de zittingscommissie, bedoeld in artikel 21 van de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte, en per vergadering van de huurcommissie. Het bedrag van de vergoeding wordt jaarlijks per 1 april gewijzigd met het onmiddellijk daaraan voorafgaande in januari in de Staatscourant bekendgemaakte percentage, waarmee de consumentenprijzen (alle huishoudens) ten opzichte van het aan die bekendmaking voorafgaande jaar zijn gewijzigd.
2.
De zittingsleden genieten een vergoeding voor reis- en verblijfkosten ter zake van dienstreizen ten behoeve van de huurcommissie gedaan, overeenkomstig het Reisbesluit binnenland en de Reisregeling binnenland.