Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst
Artikel 30 [Looptijd]
Geldend
Geldend vanaf 01-09-1993
- Redactionele toelichting
Deze versie is nog niet voor alle partijen in werking getreden. Zie voor de partijgegevens het Verdrag van 18-05-1992, Trb. 1992, 172.
- Bronpublicatie:
18-05-1992, Trb. 1992, 172 (uitgifte: 18-11-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-08-1993, Trb. 1993, 107 (uitgifte: 17-08-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Europees verbintenissenrecht
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
1.
Dit Verdrag heeft een looptijd van tien jaar, te rekenen vanaf het tijdstip waarop het overeenkomstig artikel 29, eerste lid, in werking treedt; het voorgaande geldt ook voor de Staten waarvoor dit Verdrag op een later tijdstip in werking treedt.
2.
Behoudens opzegging wordt het Verdrag stilzwijgend verlengd, telkens voor een tijdvak van 5 jaar.
3.
De opzegging wordt ten minste zes maanden voor het verstrijken van de termijn van tien jaar of, al naar het geval, van vijf jaar, ter kennis gebracht van de Secretaris-Generaal van de Raad van de Europese Gemeenschappen.
4.
De opzegging geldt slechts ten aanzien van de Staat die haar heeft gedaan. Voor de andere verdragsluitende Staten blijft het Verdrag van kracht.