Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2017/2402 tot vaststelling van een algemeen kader voor securitisatie en tot instelling van een specifiek kader voor eenvoudige, transparante en gestandaardiseerde securitisatie, en tot wijziging van de Richtlijnen 2009/65/EG, 2009/138/EG en 2011/61/EU en de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 648/2012
Artikel 28 Controle van de vervulling van de STS-criteria door een derde partij
Geldend
Geldend vanaf 09-04-2021
- Bronpublicatie:
31-03-2021, PbEU 2021, L 116 (uitgifte: 06-04-2021, regelingnummer: 2021/557)
- Inwerkingtreding
09-04-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-03-2021, PbEU 2021, L 116 (uitgifte: 06-04-2021, regelingnummer: 2021/557)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Aan een derde partij als bedoeld in artikel 27, lid 2, wordt door de bevoegde autoriteit vergunning verleend om te beoordelen of securitisaties aan de STS-criteria van de artikelen 19 tot en met 22, van de artikelen 23 tot en met 26 of van de artikelen 26 bis tot en met 26 sexies voldoen. De bevoegde autoriteit verleent de vergunning indien de volgende voorwaarden zijn vervuld:
- a)
de derde partij brengt de initiators, sponsors of SSPE's die bij de door de derde partij beoordeelde securitisaties zijn betrokken alleen niet-discriminerende en op kosten gebaseerde vergoedingen in rekening. De vergoedingen variëren niet op basis van, of in correlatie met de resultaten van de beoordeling;
- b)
de derde partij is noch een gereglementeerde entiteit als omschreven in artikel 2, punt 4, van Richtlijn 2002/87/EG, noch een ratingbureau als gedefinieerd in artikel 3, lid 1, onder b), van Verordening (EG) nr. 1060/2009, en de verrichting van de andere activiteiten van de derde partij brengt de onafhankelijkheid of integriteit van de beoordeling niet in het gedrang;
- c)
de derde partij verstrekt geen enkele vorm van adviserende, audit- of gelijkwaardige dienst aan de initiator, de sponsor of de SSPE die bij de door de derde partij beoordeelde securitisaties is betrokken;
- d)
de leden van het leidinggevend orgaan van de derde partij hebben de passende beroepskwalificaties, kennis en ervaring om de taak van de derde partij uit te voeren en zijn betrouwbaar en integer;
- e)
het leidinggevend orgaan van de derde partij bestaat uit ten minste één derde onafhankelijke directeurs, maar niet minder dan twee in aantal;
- f)
de derde partij doet het nodige om ervoor te zorgen dat de controle op de vervulling van de STS-criteria niet wordt beïnvloed door bestaande of potentiële belangenconflicten of zakelijke betrekkingen van de derde partij, haar aandeelhouders of leden, beheerders, werknemers of andere natuurlijke personen die diensten verrichten ten behoeve of onder gezag van de derde partij. Daartoe dient de derde partij een effectief systeem voor interne controle op de uitvoering van de beleidsmaatregelen en procedures ter constatering en voorkoming van mogelijke belangenconflicten op te zetten, in stand te houden, te handhaven en te documenteren. Indien potentiële of bestaande belangenconflicten worden geconstateerd, worden deze verholpen of beperkt en onverwijld meegedeeld. De derde partij dient passende procedures en processen op te zetten, in stand te houden, te handhaven en te documenteren teneinde de onafhankelijkheid van de beoordeling van STS-naleving te waarborgen. De derde partij monitort en toetst die beleidsmaatregelen en procedures op gezette tijden om de effectiviteit ervan te evalueren en om te beoordelen of ze moeten worden geactualiseerd, en
- g)
de derde partij kan aantonen dat zij over deugdelijke operationele waarborgen en interne processen beschikt die haar in staat stellen de STS-naleving te beoordelen.
De bevoegde autoriteit trekt de vergunning in indien zij van oordeel is dat de derde partij de facto niet aan de eerste alinea voldoet.
2.
Een derde partij waaraan overeenkomstig lid 1 vergunning is verleend, stelt haar bevoegde autoriteit onverwijld in kennis van materiële wijzigingen met betrekking tot de krachtens dat lid verstrekte informatie, of andere wijzigingen waarvan redelijkerwijs mag worden aangenomen dat zij de beoordeling van haar bevoegde autoriteit zouden beïnvloeden.
3.
De bevoegde autoriteit kan de in lid 1 bedoelde derde partij op kosten gebaseerde vergoedingen in rekening brengen om de uitgaven in verband met de beoordeling van de verzoeken tot vergunningverlening en het daaropvolgende toezicht op de vervulling van de voorwaarden van lid 1 te dekken.
4.
De ESMA ontwikkelt ontwerpen van technische reguleringsnormen tot specificering van de informatie die overeenkomstig lid 1 aan de bevoegde autoriteiten dient te worden verstrekt bij het verzoek tot vergunningverlening aan een derde partij.
De ESMA dient die ontwerpen van technische reguleringsnormen uiterlijk op 18 juli 2018 bij de Commissie in.
De Commissie is bevoegd om deze verordening aan te vullen door de in de dit lid bedoelde technische reguleringsnormen vast te stellen overeenkomstig de artikelen 10 tot en met 14 van Verordening (EU) nr. 1095/2010.