Einde inhoudsopgave
Verdrag inzake de toegang tot de rechter in internationale gevallen
Artikel 17 [Formaliteiten]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-1988
- Bronpublicatie:
25-10-1980, Trb. 1989, 114 (uitgifte: 21-09-1989, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-1988
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-10-1980, Trb. 1989, 114 (uitgifte: 21-09-1989, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
1.
Verzoeken, ingevolge artikel 15 ingediend, dienen vergezeld te gaan van:
- a)
een eensluidend afschrift van het gedeelte van de rechterlijke uitspraak houdende de naam en de hoedanigheid van de partijen alsmede van de veroordeling in de kosten van het geding;
- b)
alle stukken waaruit kan blijken dat tegen de rechterlijke uitspraak geen gewoon rechtsmiddel meer open staat in de Staat van herkomst en dat de uitspraak aldaar uitvoerbaar is;
- c)
een gewaarmerkte vertaling van bovengenoemde stukken in de taal van de aangezochte Staat, zo deze niet in deze taal zijn gesteld.
2.
Op het verzoek wordt beslist zonder partijen te horen. De bevoegde autoriteit in de aangezochte Staat volstaat met het onderzoek of de benodigde stukken zijn overgelegd. Op verlangen van de verzoeker stelt deze autoriteit het bedrag van de kosten van attestatie, vertaling en waarmerking vast, welke kosten worden beschouwd als kosten van het geding. Legalisatie of een soortgelijke formaliteit kan niet worden verlangd.
3.
Tegen de uitspraak van de bevoegde autoriteit is slechts beroep mogelijk in overeenstemming met de wet van de aangezochte Staat.